Een buik vol dode vlinders
Ik lig voor de open haard
tussen de resten
van onze eerste winter.
De kachel knispert.
Mensen zingen.
Mijn buik een tuin
vol dode vlinders.
Je kon de schetsen
die je maakte van me
van het papier af laten wankelen,
maar te vaak viel ik van de rand –
De grond vol potloodschaafsel en verwarring.
Je verborg mijn woorden
voor mijn mond,
en ik verloor me in de zeepbel
op het puntje van je tong.
Als het alleen gebroken was,
had ik je hart
wel in mijn handen gehouden
en je gescheurde ziel bewaard.
Maar het was verdorven
en het rotte.
©Malon Bakker
Uit haar bundel Swipneus
Wilt u reageren op dit bericht? Gebruik dan de optie ‘Geef een reactie’ hieronder.
NB
Uw mailadres, nodig om de reactie te versturen, wordt niet zichtbaar weergegeven en blijft expliciet alleen bekend bij het Nederlands Blog Initiatief. Hierop is de Algemene Verordening Gegevensbescherming van toepassing.
Uw reactie wordt niet direct weergegeven; deze wordt eerst beoordeeld door het Nederlands Blog Initiatief.
Geef een reactie