‘Parlemen…parlementair…parlementerriër…parlementáriër!’. Dien roept het haast triomfantelijk uit terwijl zij mij voorleest uit “Een nieuw sociaal contract” van Pieter Omtzigt.

‘Parlementerriër… wat een treffende verspreking’, zeg ik. ‘Grappig. Parlementerriër.’

Dien leest het Nederlands Dagblad en ik de Trouw. Wij zijn gewend elkaar aan het ontbijt voor te lezen uit de krant.

Dineke heeft een prettige stem. Ik luister graag naar haar.

Ik heb mij er maar aan overgegeven om tegenwoordig af en toe ook voorgelezen te worden uit een boek, want zelf lezen hou ik maar kort vol, mijn ogen worden gauw te zwaar. Ik zal mij ergens dit jaar toch maar weer een echte leesbril cadeau doen, neem ik mij voor. Niet zo’n goedkoop dingetje van het Kruidvat, want die gaan maar tot sterkte 3,5 en ik heb tegenwoordig meer nodig.

 

Met pensioen heeft zo zijn voordelen. Ik lig lui achterover in mijn neergeklapte comfortabele bruinleren fauteuil (kringloop, 40 euro) met mijn benen gerieflijk omhoog. We hebben vanmorgen vóór het middageten een uur gewandeld en nu wil ik even gestrekt om te rusten en spijs te verteren. Hét sein voor Dien om het boek van Pieter ter hand te nemen, de niet genoeg te prijzen waakhond van onze democratie.

Dineke leest verder. Ik moet wel opletten dat ik bij de les blijf. Soms dwalen mijn gedachten een beetje af op de klanken van haar welluidende stem.

 

Maar dit boek is niet het enige dat ik aan het lezen ben. Corona maakt mij lusteloos en vreemd genoeg ook meteen rusteloos.

Ik ben in een stuk of zeven boeken bezig. Er is zóveel te lezen. Alles is interessant. De ellende van een pensionado in coronatijden: ik heb zoveel tijd en mag zo weinig, dat ik enthousiast boeken koop of oude, nooit gelezen kringlopers open sla om niet continu bezig te zijn met social media en computer, want dat is ook niet vol te houden.

Korte verhalen, daar hou ik van. Meestal net niet te lang voor het slapen gaan. Dat was ook al zo toen ik nog werkte. Ik had gewoon geen tijd en was ook vaak te moe om urenlang te lezen. Dat was vroeger wel anders. Als tiener kon ik mij hele dagen verliezen in pillen van boeken.

De lock down in mijn eerste pensioenjaar valt mij zwaar. Geen drukke baan meer waar ik mij dagelijks onbegrensd tussen grote aantallen mensen bewoog en daar mijn ideeën opdeed voor mijn verhalen. En er ook mijn energie uit haalde.
Spontaan een uitje of samen een weekendje weg is er ook niet meer bij. Dien werkt nog, maar mijn leven speelt zich af in een bescheiden bubbel.

foto Naturalis

 

Een beeld zweeft mijn gedachten binnen: een snotterige klomp kikkerdril in een drabberige groene sloot, met in elk bubbeltje één zwart oog dat nieuwsgierig is naar de wereld daarbuiten. Ik ben daar één van. Ik ben nog slechts een kikkerembryo, gevangen in zijn dril, kijkend naar de anderen in hún bubbeltje.

 

‘Hé Dien, ik hoor niets meer!’
‘Nee, je was ingedut, dus was ik gestopt. Wil je dat ik verder lees?’
‘Ja graag.’
‘Dan schenk ik eerst even wat thee in. Heb ik tussendoor even gezet.’

De schat.

 

© Ben Voorend           14/04/2021

 

Wilt u reageren op dit bericht? Gebruik dan de optie ‘Geef een reactie’ hieronder.

NB
Uw mailadres, nodig om de reactie te versturen, wordt niet zichtbaar weergegeven en blijft expliciet alleen bekend bij het Nederlands Blog Initiatief. Hierop is de Algemene Verordening Gegevensbescherming van toepassing.

Uw reactie wordt niet direct weergegeven; deze wordt eerst beoordeeld door het Nederlands Blog Initiatief.