“Nou hoor, ik ben het zat!!”
Van der Linden, onze leraar Duits op de HBS, gooit het eruit, waarop Cor, achter mij, onmiddellijk eruit flapt: “O, heb je weer gezopen?”
Van der Linden hoort het gelukkig niet, want niet iedereen heeft acht op hem geslagen en dus zitten er nog wat flink te kletsen, maar de les had al vijf minuten geleden of zo moeten beginnen. Van der Linden leek bezig met paperassen op zijn bureau, maar bleek zich inwendig op te vreten in afwachting van onze zelfdiscipline om netjes te gaan zitten. Ik kan mijn lach nog maar net onderdrukken om de opmerking van Cor, want ik vind het ook rot voor Van der Linden.
De snelheid waarmee Cor zo gevat reageerde op de uitroep van Van der Linden…ik bewonderde die. Maar verbaasde mij ook niet, hij was nu eenmaal snel. In tegenstelling tot mij. Ik ben meer een bedachtzaam type, heb altijd tijd nodig om te reageren. Het gaat gewoon iets trager bij mij boven. So be it.
Die uitval van Van der Linden was trouwens de enige keer die ik mij kan herinneren. Ik denk dat hij een slechte nacht had gehad. Want feit is dat hij bij iedereen goed lag. Hij was een relaxte, vrij jonge leraar met moderne ideeën. Hij begreep ons goed, de jeugd van 16 en 17. Stripboeken, bijvoorbeeld, konden wat hem betreft best op een boekenlijst, “want we leven in een wereld die meer en meer visueel ingesteld is. Kijk maar naar alle bordjes die je aan gevels en op perrons ziet. Geen tekst, maar plaatjes en ze zijn meteen duidelijk! Maar ja, het onderwijssysteem is nog niet zover, hè. Dus moeten jullie toch die dikke boeken nog lezen voor je examen.” Dat soort dingen. Die deden het goed bij ons.
Ik denk vaak terug aan dit moment in 1973.

Wanneer? Als ik het programma-aanbod van de Nederlandse televisie bekijk! Ik ben het zo zat, jôh. Wat een ramp, zeg. Altijd weer datzelfde clubje BN’ers. Altijd weer diezelfde jolijt. Likje hier, likje daar. Kwinkslag hier, kwinkslag daar. Altijd weer diezelfde onderwerpen. “Hoe vaak deden je grootouders het, denk je?” Gniffel, gniffel…“Hoe bedoel je? Per nacht?” en het klapvee maar bulderen en dijenkletsen.
En hét gedrocht, de meest platte van alle ideeën: de reality soap! Wat een verveel-TV! Onbegrijpelijk, dat er mensen zijn die die onzin nog volgen ook! Heb je een dag hard gewerkt, laat je je verdiende vrije tijd vullen met deze onzin!
Talkshows die in racetempo onderwerpen behandelen. Tijd om dieper op zaken in te gaan is er niet meer. Mág ook niet meer van de programmamaker. “Vooral aan de oppervlakte blijven, jongens. Of althans…niet te diep gaan. De mensen moeten het nog kunnen begrijpen, anders zappen ze weg! Want mensen willen snel lachen en makkelijk onderhouden worden, willen geen problemen aan hun kop. Want dat scheelt in reclame-inkomsten uit de Ster of van platenmaatschappijen en uitgeverijen!”
Cabaretiers worden ingehuurd voor de snelle lach. Gelukkig! Er is weer een ramp gebeurd. Kunnen we alle BN’ers weer inzetten voor een gezamenlijke feel good- actie. Tjonge, wat zijn wij Nederlanders toch eensgezind. Wat zijn wij toch saamhorig! Oef, dat voelt goed! Kassa! En op de bank kopen we ons geweten af.
Kijkcijfers en inkomsten, daar draait het om in omroepland. Voer het bankvee slappe hap en het schijt harde munten.

(wordt opbeurender vervolgd)

 

© BV 18/01/2018